Luxemburg: dit zijn de tofste plekken om te eten en drinken

De eerste foodtrip van 2022 bracht ons begin februari voor een weekend naar Luxemburg Stad en de Moselle-regio in het hertogdom. Het mooie aan deze trip was dat we van tevoren eigenlijk niet echt een beeld hadden van wat te verwachten. Is de keuken heel Frans, heel Duits of juist een echte mengelmoes? Is er een barcultuur? Hoe goed zijn de eigen wijnen en doen ze zelfs iets met rode wijnen? Genoeg vragen waar we alle antwoorden op hebben gevonden.

Zoals in het eerste artikel over de cultuur, historie en alles wat je moet weten over Luxemburg te lezen viel, ben ik dit keer samen met Charlotte Hamilton op avontuur gegaan. Zoals gezegd hadden we weinig voorkennis, behalve over een paar Luxemburgse wijnhuizen waar we in een eerder stadium al wat wijnen van mochten proeven.

Diverse eetcultuur

Vanuit Visit Luxembourg hebben we de eerste middag een fijne tour gekregen door Luxemburg Stad waar de gids met regelmaat zei ‘This is where we go’ en dat zijn natuurlijk de beste tips. Wat eigenlijk als eerste opviel: qua eetcultuur is Luxemburg echt heel divers. Dat heeft natuurlijk te maken met aangrenzende landen België, Frankrijk en Duitsland. Maar ook omdat ruim 45% van de inwoners buitenlandse roots heeft, verdeeld over zo’n 170 nationaliteiten (!).

Typisch Luxemburgs

Als je de traditionele Luxemburgse keuken wil typeren, dan kom je heel erg richting de plattelandskeuken. Simpele ingrediënten die vooral ervoor moeten zorgen dat ze vullend zijn. Die krijg je dan ook in grote portie opgediend. Overwegend zijn het dan gerechten die hun oorsprong kennen in Duitsland of Frankrijk die dan in Luxemburg samenkomen.

In de moderne Luxemburgse keuken wordt overwegend gewerkt met lokale ingrediënten en wijnen. Verder wordt hij gesierd door alle invloeden van buitenaf. Wat wel opvallend was dat, ondanks dat 30% van de inwoners met buitenlandse roots uit Portugal komt, dat de typische Portugese gerechten of restaurants niet echt opvielen. Misschien niet goed gekeken, maar opvallend was het wel.

Joie de vivre

Maar misschien wel het meest typische dat opviel in Luxemburg is dat de joie de vivre echt omarmd wordt. Van een drankje bij de lunch kijkt niemand op, zeker niet als je een kiepschen besteld. Dat is namelijk hoe je overal in Luxemburg op zijn Lëtzenbeurgesch een crémant besteld. Dat is de mousserende wijn die eigenlijk wel de nationale drank te noemen is. Iedere échte Luxemburger heeft namelijk thuis altijd een flesje koud staan voor (onverwachts) bezoek of als er iets te vieren valt.

Patisserie

Na een weekend Luxemburg wel een duidelijk beeld te schetsen van wat nou typisch traditioneel Luxemburgs is op het gebied van eten en drinken en wat deze generatie eet en drinkt. Er zijn drie iconen in de stad te vinden op het gebied van patisserie waar generatie op generatie Luxemburgers iets haalt als er wat te vieren valt: Patisserie Oberweis, Kaempff-Kohler en Namur. Wil je op dat gebied iets kleins maar zeer bijzonder? Dan is een bezoek aan Lea Linster voor haar madeleines een moetje.

Koffie

In een stad waar ze goed gebak waarderen, moeten er wel allerlei plekken zijn om goede koffie te vinden. Kleine tip: in het weekend zijn de meeste tentjes pas na 10u ’s ochtends open. Voor een goede dosis kunst, koffie en een briljant interieur is Kaale Kaffi (ArtCoffee) de aanrader. Chocolate House en Luxemburg House zijn twee andere fijne plekken. Persoonlijk groot fan geworden van Konrad Café, dat kwam mede door de vrij briljante carrot cake.

Puur Luxemburgs

Luxemburg is het land met het meeste aantal Michelinsterren per m2. Toch zijn er allerlei plekken waar je heerlijk kan lunchen en dineren zonder je bankrekening te hoeven plunderen. Wil je echter de ultieme Luxemburg-ervaring dan is er maar een plek waar je naartoe kan: Am Tiirmschen. Wat je er kan verwachten is een mix van de Franse en Duitse keuken, dus vlees, grote porties en meer vlees. Eigenaresse Hilary is daarnaast een heerlijk eigenzinnige vrouw, een absolute legende.

Plantaardig

Voor het contrast met dit vleesspektakel zijn er vrij veel toffe plekken waar je als vegan terecht kunt. Zo is Beet een echte hipsterhotspot voor burgers, pasta’s en andere gerechten. Sinds februari heeft restaurant Glow een volledig plantaardige kaart. Twee andere plantaardige restaurants die een bezoekje waard zijn: Nirvana Café en Oak Bistro.

Lunchen en dineren

Wil je gewoon op avontuur in Luxemburg Stad en heb je geen diëtaire restricties, dan zijn er veel toffe opties om te lunchen en dineren. Bij Capucins hebben ze een kaart met (overwegend) Italiaanse invloeden. Voor de moderne Franse keuken is Les Copains d’Abord een aanrader.

Daarvoor kun je ook bij Cyrano terecht (wel iets duurder). Een andere goede Italiaan is La Briscola. Bij New Delhi krijg je het beste Indiase eten van de stad. Wil je een goed Zuid-Amerikaans eten? Ga dan naar La Cusquenita.

Borrelen en speakeasy’s

Misschien wel het meest verrassende aan de stad is dat het er krioelt van toffe barretjes en hele vette speakeasy’s. Om de avond te beginnen is de Tube Bar een goede optie. Daarna is een oude bekende een fijne optie, want bij Konrad Café loop je niet alleen binnen voor een goede carrot cake, maar de kelder is een ultieme plek om cocktails te drinken.

Zoek je een goede plek om te borrelen, dan is Gudde Wëllen een echte aanrader. Verder kent de stad een hele toffe gin- en cocktailbar in de vorm van Go Ten Gin & Cocktail bar.

Moselle-regio

Het fijne aan Luxemburg is dat al het openbaar vervoer er gratis is. Vanuit de overheid wil men zo ervoor zorgen dat Luxemburg Stad autoluw blijft, maar ook dat mensen niet met een slok op achter het stuur kruipen. Het is daarom heel makkelijk om vanaf de stad om binnen een half uurtje met de bus naar de Moselle-regio te gaan. En daar wil je écht naartoe als je wijn- of (toekomstig) crémantliefhebber bent.

Wijngaarden

We verblijven er in Hotel L'ecluse in Stadtbredimus. Overal waar je kijkt zijn wijngaarden en eigenlijk maakt het niet uit bij welke je een wijnproeverij gaat doen of rond wil dolen door de wijnranken. Wij stopten in Remich en daar hebben we rond mogen kijken bij Benoît & Claude viticulteurs waar je in de zomer kan genieten van mooie wijnen en spijzen bij Um Goldbierg.

Start-up

Als je in Wormeldange terechtkomt, dan is het aan te raden om bij Pundel vins purs een kijkje te nemen. Wijnmaker Pit Pundel begon in 2013 en specialiseert zich in witte wijnen en crémants. Het uitzicht vanaf de zaak zie je op het eind in onderstaande Reel. Met mooi weer is dat écht fantastisch. En in Niederdonven vind je bijvoorbeeld een ‘start-up’ wijnmaker, gestart in 2020, in de vorm van Bob Molling Wines.